Vakblad voor sociaal professionals
en het sociaal domein

‘Problematiek rond seksueel grensoverschrijdend gedrag in instelling te laat onderkend’

Op de jeugdzorginstelling Commujon hebben zich het afgelopen half jaar aantal seksueel getinte incidenten tussen jongeren onderling voorgedaan.
Naar aanleiding van die incidenten heeft de leiding van de instelling ingegrepen en een intern inventariserend onderzoek gestart. Daarnaast heeft het gespecialiseerde onderzoeksbureau, Van Montfoort, opdracht gegeven voor een onafhankelijk onderzoek. De belangrijkste conclusies daaruit: de problematiek is te laat is onderkend en signalen zijn niet zijn herkend.
Gedurende een half jaar
Uit het interne onderzoek en de gesprekken met de kinderen concludeert Commujon dat er bij totaal 15 kinderen uit de twee leefgroepen Linquenda en de Cirkel in Almelo gedurende een half jaar sprake was van onderling grensoverschrijdend seksueel gedrag. Het seksueel grensoverschrijdend gedrag deed zich vooral voor tijdens het spelen en op weg naar school. Het betreft lichte en ernstige vormen van seksueel grensoverschrijdend gedrag tussen 2 à 3 kinderen per voorval. Er zijn géén aanwijzingen van dwang, misbruik of betrokkenheid van volwassenen.

Onvoldoende toegerust
Het onderzoek van Van Montfoort geeft een analyse van de bevindingen, een toetsing van het interne onderzoek van Commujon en maatregelen om herhaling te voorkomen. Uit het onderzoek blijkt dat de problematiek te laat is onderkend en signalen niet zijn herkend. Van Montfoort constateert dat Commujon onvoldoende is toegerust om kinderen met obsessief seksueel gedrag de behandeling te bieden die zij nodig hebben. De betrokken leefgroepen zijn weinig overzichtelijk, er zijn onvoldoende medewerkers om adequaat toezicht te houden, er is te weinig deskundigheid in en ondersteuning van de teams in het omgaan met deze moeilijke groep kinderen, er zijn te weinig behandelmogelijkheden en de protocollen voldoen niet altijd. Bureau Jeugdzorg, als plaatsende instantie, onderkent dat de provinciale jeugdzorg in feite te weinig in huis heeft voor deze doelgroep. Van Montfoort concludeert dat dit niet alleen een probleem voor Commujon is. Zowel jeugdzorg als jeugdgeestelijke gezondheidszorg hebben beide een verantwoordelijkheid in deze om een kwalitatief voldoende aanbod voor deze doelgroep te realiseren.

’Diep geraakt’
Directeur-bestuurder van Commujon LSG, Maarten Faas, getuigt van spijt over de gemaakte inschattingsfouten: ‘Het is vreselijk dat wij het gedrag van de kinderen zolang niet in de gaten hebben gehad. Ouders, voogden en verwijzers maar zeker ook onze medewerkers zijn door deze situatie diep geraakt. Commujon heeft na de ontdekking van de feiten haar verantwoordelijkheid genomen en openheid betracht naar alle betrokkenen.’ Commujon heeft onmiddellijk actie ondernomen, de twee actieve hoofdrolspelers overgeplaatst en de individuele behandelplannen van alle kinderen aangescherpt. Wij zullen alles in het werk stellen om er voor te zorgen dat Commujon en onze medewerkers voldoende toegerust raken om herhaling te voorkomen.

Plan van aanpak
Commujon meldt binnen vier weken met een plan van aanpak te komen waarin alle aanbevelingen en maatregelen uit het onderzoek van Van Montfoort geconcretiseerd zijn. ‘Dit plan zal worden afgestemd met Bureau Jeugdzorg, de provincie, de inspectie en bureau Van Montfoort. Een implementatieplan zal onderdeel van dit plan zijn. Gedurende de implementatie zullen alle betrokkenen over de voortgang geïnformeerd worden’, aldus Commujon in een persbericht over de zaak.

SoziO zal in één van de komende nummers in een achtergrondartikel aandacht besteden aan de zaak, het plan van aanpak en de wijze waarop die wordt ingevoerd.

(Oktober 2009)


Naar homepage