Dat concluderen de samenwerkende jeugdinspecties* na onderzoek. Ze onderzochten in vier Nederlandse gemeenten de hulp aan multiprobleemgezinnen in de praktijk.
Onderzoek
De jeugdinspecties deden eerst in 21 (middel)grote gemeenten onderzoek naar de zorg en ondersteuning van gezinnen met geringe sociale redzaamheid. Daarna werd in de vier gemeenten die beleidsmatig het best voor de dag kwamen – Delft, Zwolle, Maastricht en Lelystad – een vervolgonderzoek uitgevoerd naar de praktijk van de hulpverlening. Leidende vraag: worden alle beleidsvoornemens op papier ook in de praktijk gerealiseerd?
Conclusies
In de vier gemeenten wordt sterk ingezet wordt op een effectieve hulp aan multiprobleemgezinnen. De werkwijze verschilt echter per gemeente.
Bij de uitvoering van de hulp zou – zoals in Maastricht – volgens de inspecties meer gebruik kunnen worden gemaakt van de mogelijkheden tot dwang en drang. ‘Veel multiprobleemgezinnen mijden zorg of hulp en kunnen vaak wel tot medewerking worden verleid wanneer hen een betere situatie in het vooruitzicht wordt gesteld. Of wanneer medewerking ervoor zorgt dat een ernstigere maatregel voorkomen kan worden (drang). Levert dit geen resultaat op, dan kan overwogen worden om dwang in te zetten in de vorm van bijvoorbeeld een proces-verbaal van de leerplichtambtenaar, een melding bij het AMHK (Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling) of een korting op kinderbijslag en/of uitkering’, aldus de samenwerkende jeugdinspecties in een persbericht.
1 gezin, 1 plan, 1 regisseur
Verder is de aanpak in de gemeenten niet consequent volgens het principe 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur. De aanpak in de gemeente Delft werkt juist wel volgens dit principe, maar zou volgens de inspecties – evenals enkele andere gemeenten – wat meer nadruk kunnen gaan leggen op de vervolgfase van de hulp: door meer aandacht te besteden aan het vergroten van de zelfredzaamheid en het sociale netwerk van het gezin, alsook het organiseren van een goede nazorg, kan de kans dat het gezin terugvalt aanzienlijk kleiner worden gemaakt.
* De samenwerkende jeugdinspecties zijn: de inspecties van het Onderwijs, Gezondheidszorg, Jeugdzorg, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Veiligheid en Justitie.
Bron: Inspectie Jeugdzorg