In het afgelopen jaar is het aantal pleegouders met 9 procent toegenomen, meldde Pleegzorg Nederland vorige week. Desondanks zijn er nog steeds te weinig. Dat komt vooral omdat mensen weinig weten over het pleegouderschap. Maar ze vragen zich ook steeds vaker af of ze een pleegkind wel kunnen combineren met hun werk. ‘We gaan dan in gesprek, het is elke keer maatwerk. We kijken altijd wat het beste bij de situatie past en wat de mogelijkheden zijn’,  zegt Janette Reukers.

‘De vraag of werk en pleegzorg te combineren valt, wordt inderdaad vaak op voorlichtingsavonden gesteld’,  zegt Marjan van de Linde, screener en trainer bij Horizon. ‘Elke organisatie denkt er anders over, maar bij Horizon zeggen we altijd dat een kind maximaal drie dagen in de kinderopvang mag doorbrengen. Dat hangt er natuurlijk wel vanaf of een kind dat aankan.’

Zelfstandige pubers
Jonge kinderen die nog niet naar school gaan, passen in elk geval minder goed bij drukke ouders. ‘Ze kunnen niet fulltime naar de kinderopvang, omdat de hechting en ontwikkeling erg belangrijk zijn. Het is dan beter om oudere kinderen te kiezen’, legt Reukers uit. Toch blijven vooral tieners op de wachtlijst staan. ‘Het hardnekkige beeld leeft dat het veel lastiger is om een puber op te vangen. Ze kunnen inderdaad best heftig reageren, maar er zijn ook veel voordelen. Een tiener is zelfstandiger en vraagt in de dagelijkse praktijk daarom minder van een pleegouder.’

Er is nog een reden waardoor pleegouders minder gauw voor pubers kiezen. ‘Mensen denken dat een ouder kind meer beschadigd is, om het even plat te zeggen’, zegt Van de Linde. ‘Ik snap die angst, maar in de praktijk hoeft dat natuurlijk helemaal niet waar te zijn. Een tiener kan het jarenlang heel goed hebben gehad, tot er iets gebeurde waardoor de thuissituatie instabiel werd.’

Tekort
In totaal wonen er ruim 21.000 kinderen in pleeggezinnen. Volgens Reukers is het lastig is om te zeggen hoe groot het tekort aan pleegouders is, omdat een kind na verloop van tijd van de wachtlijst verdwijnt en dan bijvoorbeeld naar een gezinshuis gaat. ‘We raden ouders die beiden werken aan om het gesprek aan te gaan en te kijken welke mogelijkheden er zijn’, zegt Van de Linde, ‘want het liefst willen we natuurlijk elk kind een thuis geven.’